P- 19
Beschrijving van de radarset, tactisch-technische kenmerken
Figuur 1: “Flat Face B”
| Specificaties | |
|---|---|
| Frequentie: | 830 … 882 MHz |
| Pulsherhalingstijd (PRT): | |
| Pulsherhalingsfrequentie (PRF): | 500 of 600 Hz |
| Pulsduur (τ): | 2,1 µs |
| Ontvangsttijd: | |
| Dode tijd: | |
| Piekvermogen: | > 300 kW |
| Gemiddeld vermogen: | |
| Instrumented Range: | 160 km |
| Afstandsresolutie: | 350 m |
| Nauwkeurigheidsgraad: | |
| Bundelbreedte: | 4,5° |
| hits per scan: | |
| Rotatiesnelheid: | 12 of 6 min⁻¹ |
| MTBCF: | |
| MTTR: | |
P- 19
P-19 „Donau“ (Russische benaming: 1RL134; NAVO-aanduiding „Flat Face B“) is een mobiel radarstation met twee coördinaten in het decimetergolfbereik. De P-19 radar kan worden gekoppeld aan alle soorten automatische interactie- en controlesystemen: P-18, SA-3 „Goa“ en SA-2 „Guideline“ grond-luchtraketsystemen, en PRW-9 en PRW-16 radiohoogtemeters. De stroomvoorziening van de stationsapparatuur kan worden verzorgd door elektrische generator 1, elektrische generator 2 en door een extern netwerk van 220 V ±5% 400 Hz. Het opgenomen vermogen bedraagt niet meer dan 15 kW.
De zender maakt gebruik van een magnetrongenerator. Daarom is het station een pseudo-coherente radar. Het bereik van de werkfrequenties komt overeen met het bereik van de magnetron MI-119 (Fig. 2).
De antenne maakt gebruik van horizontale polarisatie. Het radardekkingsgebied in het verticale vlak wordt bepaald door de voedingsmodus van de antenne. In de in-phase modus is de onderste lob van het zichtbaarheidsgebied het meest uitgebreid en op de grond gedrukt. Deze modus wordt gebruikt om verafgelegen en laagvliegende doelen te detecteren. Voor doelen met een grote vlieghoogte kunnen er omissies zijn als gevolg van het meerbladige karakter van het radardekkingsgebied. In de antifasemodus worden de lobben verhoogd, waardoor u doelen op grote hoogte kunt detecteren. De bovengrens van het detectiegebied in antifase is 20°.
De radar omvat:
- Een wagen met een K-4 carrosserie op een ZIL-131 voertuig, waarin zijn ondergebracht: radarapparatuur, interfacing apparatuur met andere radars, secundaire radar ondervrager (1L23-6), data acquisitie en transmissie apparatuur, en een set van meetapparatuur, interne telefoon en radio communicatie apparatuur.
- De antenne-mast eenheid is gemonteerd op een ZIL-131 voertuig, het platform waarop zich twee elektrische benzinegeneratoren AB-16-T/230/4-400-M1 en een antennedraaimechanisme bevinden.
De radar kan worden gecombineerd met antenne-mastoestellen 1RL82, 1RL82М en 1RL82M1 om het werkbereik te vergroten. De externe plan positie indicator (VIKO) is verbonden met de radar door kabels en kan worden geplaatst op een afstand van maximaal 300 m van de radar.
