www.radartutorial.eu www.radartutorial.eu Radar Grondbeginselen

Wassermann

Beschrijving van de radarset, tactisch-technische kenmerken

Figuur 1: „Wassermann M” Silhouette

„Wassermann M” Silhouette
(klik om te vergroten: 640·480px = 32 kByte)

Figuur 1: „Wassermann M” Silhouette

Specificaties
Frequentie: 125 … 158 MHz,
158 … 250 MHz
Pulsherhalingstijd (PRT):
Pulsherhalingsfrequentie (PRF):
Pulsduur (τ):
Ontvangsttijd:
Dode tijd:
Piekvermogen:
Gemiddeld vermogen:
Instrumented Range: 300 km
Afstandsresolutie:
Nauwkeurigheidsgraad: ±300 m
Bundelbreedte:
hits per scan:
Rotatiesnelheid:
MTBCF:
MTTR:

Wassermann

De „Wassermann“-radar (FunkMGerät 402, FuMG402) was een omnidirectioneel zoeksysteem dat vanaf 1940 door Siemens werd ontwikkeld. De Wassermann radar is voortgekomen uit de experimentele Freya „lift“ radar, waarbij de antenne op een stalen mast omhoog en omlaag kon worden gebracht om de hoogte te meten. Omdat dit een tijdrovend proces was, werden later meerdere antenne-arrays boven elkaar gemonteerd, die nu snel afwisselend naar de zender/ontvanger konden worden geschakeld.

De antenne bestond uit een vaste draaibare vakwerkmast (later een ronde mast) van 37 tot 60 meter hoog. Aan deze mast werden draagstellen van 4 tot 12,4 meter breedte bevestigd, waaraan in het begin alleen Freya-antennes werden bevestigd. Antennevariaties beïnvloedden de openingshoek van de antenne en het bereik van de radar aanzienlijk. De antennespiegel bestond uit vier velden met maximaal 144 dipolen. In detail waren de antennes samengesteld uit

Voor de detectie van lange-afstandsdoelen worden de twee bovenste spiegelkwartieren ingeschakeld, voor de detectie van lage-afstandsdoelen de twee onderste. De bovenste dipoollijn behoorde toe aan het „Gemse“ identificatietoestel.

Er waren ongeveer 7 man nodig om de apparatuur te bedienen.

Fotogalerij van Wassermann

Figuur 2: Bedieningspaneel van de „Wassermann“ radar